“Ben ik normaal?” Het is een bekende vraag die doctoren en andere hulpverleners vaak te horen krijgen. Als je ergens aan lijdt, of dit nu lichamelijk of psychisch is, wil je graag weten of het normaal is of niet. Maar waarom eigenlijk? Wat betekent het om ‘normaal’ te zijn? Moeten we hier eigenlijk wel naar streven?
Laten we beginnen bij het begrip ‘normaal’. Het is een relatief concept dat bepaald wordt door de meerderheid in een groep. Als de meeste mensen in zo’n groep bijvoorbeeld een rode hoed dragen, dan is dit hoofddeksel normaal. Komt er echter een revolutie en dragen de meeste mensen ineens alleen maar blauwe hoeden, dan is de blauwe hoed normaal geworden. Als iets normaal is, dan zegt dat alleen maar iets over wat we met de meerderheid van de groep hebben afgesproken. Zo is het bijvoorbeeld in Amerika normaal om vanaf je zestiende te mogen rijden en in Nederland om op een verjaardagsfeest niet alleen de jarige te feliciteren, maar ook diens familie. Waarom willen we graag normaal zijn?
Er zijn natuurlijk uitzonderingen, maar de meeste mensen willen er toch het liefst gewoon bij horen. Als je niet normaal bent word je vaak als buitenbeentje gezien en dat kan negatieve consequenties hebben. Je kunt bijvoorbeeld worden buitengesloten of worden uitgescholden. Daarnaast biedt het gevoel van normaal zijn een vorm van troost. Als er meer mensen zijn die van dezelfde ongemakken als jij last hebben, dan ben je niet de enige. Het gezegde luidt niet voor niets: gedeelde smart is halve smart. Als er meer mensen zijn zoals jij, dan hoef je wellicht ook niet zo te veranderen, je hoort er immers al bij.
Bij lichamelijke ongemakken zoeken we naar de normaliteit om ons er geen zorgen over te hoeven maken dat het iets ernstigs kan betekenen. Als je bijvoorbeeld pijn in je benen hebt en je weet dat dit erbij hoort omdat je gisteren veel hebt gelopen, dan laat je de pijn voor wat het is en gaat het vanzelf over. Als je echter het idee hebt dat deze pijn vreemd is, dat het niet normaal is, dan ga je je zorgen maken en word je bang voor de gevolgen ervan.
Normaal zijn heeft een belangrijke functie voor onze geestelijke en lichamelijke gemoedstoestand en bevat ook een sociale functie. Het is daarom niet zo gek dat mensen vaak met de vraag “Ben ik wel normaal?” bij een hulpverlener aankomen. Besef echter wel dat normaliteit een relatief begrip is en voornamelijk zegt of je bij de meerderheid hoort of niet. Dit hoeft niet altijd de beste mogelijkheid te zijn. Soms is het juist goed om niet normaal te zijn en je eigen weg te kiezen. Het belangrijkste is dat je voor datgene gaat wat voor jou het beste is op dat moment. Soms is dat normaal en soms een beetje gek.
© Dea Boom, 18 juni 2015