Het kan zijn dat je altijd al wist wat je later wilde gaan doen en welk pad je zou moeten volgen om dat te volbrengen. Het is echter ook mogelijk dat je helemaal niet zo zeker over je studiekeuze bent en dat je maar iets gekozen hebt wat een beetje in de buurt van je interesse ligt. Ruwweg zouden we drie categorieën van studenten kunnen maken: Zij die overtuigd zijn van hun studiekeuze, zij die redelijk zeker zijn en zij die twijfelen. Bij welke pas jij en wat kun je doen?
De eerste categorie is het gemakkelijkst. Als je hierbij hoort, dan weet je heel goed wat je later voor werk wilt doen en zit je op je plek met deze studie. Je vindt de vakken interessant en ziet jezelf al het beroep van je keuze uitoefenen. Wat je moet doen is simpel: vooral hiermee doorgaan. Het kan natuurlijk zijn dat je andere problemen tegenkomt. Zoek hiervoor iemand die je daarmee kan helpen. Je weet wat je wilt bereiken en zult je dus niet zomaar uit het veld laten slaan.
De tweede categorie heeft het wat moeilijker. Deze is op jou van toepassing wanneer de studie je nog steeds leuk lijkt, maar wanneer je niet zeker weet of je er later wel werk in wilt vinden. In dit geval is het verstandig om hier meer zicht op te krijgen. Neem bijvoorbeeld eens contact op met mensen die het werk wat jou interesseert al doen. Nodig ze uit voor een kopje koffie en stel al je vragen over hoe het in de praktijk gaat. Het kan ook helpen om vrijwilligerswerk te gaan doen om voeling te krijgen met het werkveld. En houd rekening met in welk studiejaar je zit. Als je net begonnen bent, kun je nog heel goed wisselen. Maar als je tegen het einde aanloopt, kan het het beste zijn om gewoon even door te zetten totdat je diploma binnen is.
De derde categorie bevat alle studenten die echt twijfelen of deze studie wel wat voor hen is. Zo kan het bijvoorbeeld zijn dat geen van de vakken je aanspreekt, je constant slechte cijfers haalt of dat de studie heel anders is dan je in eerste instantie dacht. In dat geval kan het wellicht het beste zijn om te stoppen of te wisselen van opleiding. Probeer eerst de dingen uit die ik bij de tweede categorie noemde en als die geen passie in je op kunnen wekken, ga dan een serieus gesprek aan met je decaan of studieloopbaanbegeleider. Wellicht is er een andere studie die veel beter bij je past en zo iemand kan je helpen hier zicht op te krijgen.
In welke categorie je ook zit, het kan lonen om je motivatie te versterken met de bovenbeschreven tips. Geef het niet meteen op, wie weet wordt je studie veel leuker nadat je een aantal frisse dingen hebt uitgeprobeerd. En anders is het wellicht tijd om hulp in te schakelen om de weg te vinden die bij jou past.
© Dea Boom, 31 maart 2016